Daverende verrassing in RSB-beker

Op dinsdag 2 februari speelde het RSB-bekerteam de kwartfinale in en tegen Nieuwerkerk aan den IJssel. Op voorhand maakten we ons weinig illusies. Nieuwerkerk is een middenmoter uit de promotieklasse en kan een viertal formeren met een gemiddelde rating van ruim boven de 1900. Toch begon het team vol goede moed, onder toezien oog van teamleider Jasper Valstar, die er voor de verandering een keertje bij was (vandaar ook dit verslag).

Al snel leek het de verkeerde kant op te gaan. Op bord 4 kwakten Jan ten Brinke en zijn tegenstander een bak theorie op het bord, maar een paar zetten nadat de spelers “out-of-book” waren zag het er naar uit dat Jan materiaal ging verliezen. Naast Jan, bij Thomas Herrewijn, kwam zeker geen theorie op het bord. Na wat ongelukkige keuzes van Thomas in de opening, miste hij net daarna in een afruil een tussenzet en kon hij gelijk opgeven. “Ik deed heel veel slechte zetten” was zijn veelzeggend commentaar na afloop.

Vervolgens toonde de teamleider weer eens aan waarom hij er beter níét bij kan zijn. Thomas gaf aan naar huis te willen, logisch: hij heeft nog een aardige reis voor de boeg en na zo’n nul wil je zo snel mogelijk weg. Jasper vergat echter dat er bij 2-2 nog gevluggerd moest worden… Jan merkte dat op nadat hij zelf klaar was. Stom, stom, stom, want 2-2 zat er, doordat Jan gewonnen had, zomaar weer in. Die overwinning was wat gelukkig, want Jan moest na het dreigende materiaalverlies aan het rommelen en kon na een blunder van zijn tegenstander het punt incasseren.

Goed, we hadden dus nog 1,5 punt nodig op de bovenste twee borden en daar kon het nog alle kanten op. Arjan Terlouw (2) had een stukoffer te verwerken gekregen, en in tijdnood dacht zijn tegenstander “als er 1 paard over de dam is…”. Twee stukken voor, maar in een bijna-matnet, moest Arjan een veilig heenkomen vinden voor zijn koning. En dat allemaal in 2 minuten (+15 sec per zet). Bij Jaap Rusch (1) was het precies andersom. Jaap had wit geloot, maar daar niets mee bereikt. Toen sloeg Jaap maar aan het offeren; er werd een stuk gegeven voor een vrachtwagen pionnen en een mataanval. Dat laatste lukte niet helemaal en het leek erop dat zijn tegenstander de aanval kon overnemen.

Op dat moment was Arjan ontsnapt aan de schaakjes en kon hij met zijn materiële voorsprong counteren: 2-1. Bij Jaap was nu remise genoeg. Zijn tegenstander veroorloofde zich wat veel vrijheid en kwam niet tot een aanval. Wel wist hij Jaaps aanval te neutraliseren waarna een eindspel over bleef van Toren + 4 pionnen tegen Toren + Loper. Jaap koos het goede plan (rennen met 1 pion en de rest negeren) en dat leverde hem uiteindelijk de toren op, waarna het eindspel van Toren + 2 pionnen tegen Loper niet meer werd doorgespeeld: 3-1!

Ongeloof bij Nieuwerkerk, blijdschap bij CSV en opluchting bij de teamleider dat het geen 2-2 was geworden.

Nog twee keer winnen en we prolongeren de bekertitel. In de halve finale moet dan wel eerst worden afgerekend met of Messemaker, de koploper in de promotieklasse, of Zwijndrecht, dat op papier net zo sterk is als wij. Of de teamleider bij deze wedstrijd is moeten we nog bespreken.