CSV 1 wint uitwedstrijd tegen Charlois Europoort 3 met 2,5 – 5,5

Na een lange en slopende wedstrijd in het tijdelijke onderkomen van Charlois Europoort in de Rustburcht konden we na ruim 5 uur spelen onze vierde achtereenvolgende winst bijschrijven. Na een ongelukkige seizoenstart hebben we nu de gedeelde eerste plaats bereikt. Op bordpunten liggen we nog achter op DSC Delft 3, maar op 2 april kunnen we daar in een thuiswedstrijd een eind aan maken. Dan moeten we de hobbel tegen Souburg uit op 19 maart (aanvang 12 uur!) . eerst nog nemen!

Met nog in gedachten de bizarre nederlaag vorig seizoen tegen Charlois Europoort 4 in de Promotieklasse, waardoor we dachten de promotie naar de KNSB mis te zullen lopen, begonnen we aan het karwei om het dit keer beter te doen. Alle spelers waren er op gebrand te winnen. Maar ja, als de tegenstander op remise afkoerst is daar soms weinig aan te doen. Zo kwam Ka Chun spelend met zwart aan bord 6 tegen Melvin Holwijn (1989) in een stelling terecht, waar de witspeler waarschijnlijk terecht remise afdwong door herhaling van zetten. Zo werd het om 14.30 uur 0,5-0,5 en dreigde Ka Chun werkloos de komende 4 uur te moeten uitzitten. Mark vond de oplossing: misschien kan hij de teamleider assisteren bij het beoordelen van remise aanbiedingen. Blijkbaar werkte dat preventief: liever doorschaken tot er kale koningen over zijn, dan met je water bij een collectief moeten komen. Kortom nu moesten we beiden werkeloos toezien op het verloop van de wedstrijd. Overigens had ik er als gepensioneerde geen enkele moeite mee.
Aan bord 7 speelde Reinoud met wit tegen invaller uit CE 5, Cees van Oosterom (1803). Gelet op het verschil in rating zou je niet verwachten dat Reinoud tegen een nederlaag zou oplopen. Maar dat gebeurde wel! Om 14.30 uur had Reinoud al een uur meer bedenktijd gebruikt en dat is vaak een veeg teken. Er was sprake van een penning van de K over de e-lijn. Dat kon worden opgelost ten koste van een dubbelpion op de c-lijn. Toen Reinoud echter een vergiftigde pion pakte kwam hij door een paardvork een kwaliteit tegen een pion achter en was het eindspel niet te houden. Daarmee werd het om 15.50 uur 1,5-0,5. Zouden we die achterstand in kunnen lopen? Dat ging redelijk snel, want direct daarna won Mark met wit aan bord 3 van Cor de Wit (2027). Mark concentreerde zijn stukken op de K-vleugel, waar zwart een verdediger te weinig had. Na een te snel h6 werd deze pion geslagen en sloeg de aanval snel door: 1,5-1,5. Opmerkelijk is dat Cor de Wit dit seizoen eerder slechts 1x verloren had en wel van een IGM!
Aan bord 4 speelde Roel met zwart tegen Tjerk Tinga (2011). De stelling werd gekenmerkt door open b- en e-lijnen en een bepaalde mate van symmetrie. Rond 15 uur trok Roel het initiatief naar zich toe en dat resulteerde in T+pi tegen L. Om ieder tegenspel op voorhand uit te schakelen gaf Roel de kwaliteit terug tegen een pion waarna een gewonnen eindspel resulteerde met twee pionnen meer. De ene pion kon tegen gehouden worden ten koste van een P, maar om 16.45 uur was het einde verhaal en kwamen we op voorsprong: 1,5-2,5. Die voorsprong zouden we niet meer uit handen geven, in tegendeel.
Aan bord 1 voltrok zich een mirakel in de partij van Stefan met wit tegen Jesus Caneda jr. (2007). De stelling werd gekenmerkt door een geïsoleerde zwarte pion op e6 en een witte lange rokade en een korte zwarte. Iets na vieren leverde wit zijn dame in tegen T+P. In grote witte tijdnood kon wit eeuwig schaak forceren, maar deed dit tot grote verbazing niet. Dan zal hij wel een winstweg bedacht hebben, maar welke? Stefan maakte eerst subtiel met Kb1 ruimte voor zijn L en daarna met a4 voor zijn K. Daarmee haalde hij alle dreigingen van eeuwig schaak weg en kon verder werken aan zijn matnet. Daarmee werd het om 17.45 uur 1,5-3,5. Nu was het wachten op bord 2 waar Angelique Osinga (1895) met wit de strijd aanbond met Richard. Wit zat opgescheept met een geïsoleerde pion op d4 en zwart op c6. Wit gebruikte erg veel tijd: om 15 uur was de stand 22-59 minuten en om 15.40 uur toen zwart inmiddels een pion gewonnen had 4-47 minuten. In het paardeindspel met een pion meer wist Richard alle remise wendingen te weerstaan, waarmee om 18 uur de winst een feit was: 1,5-4,5.
Aan bord 8 speelde Marcel den Bleker (1986) met wit tegen Jan-Peter. De stelling bleef waarschijnlijk de hele partij in evenwicht. Dat gold niet voor het tijdsbeslag. Om 14.30 uur had zwart nog 39 tegen 74 minuten en om 16 uur nog 4 tegen 30 minuten en om 16.30 uur nog 38 seconden tegen 10 minuten. Het eindspel van ieder T+3pi leek remise, maar er werd nog van alles geprobeerd totdat er twee kale koningen overbleven en de heren geen advies meer nodig hadden. Daarmee was het om 18.03 uur 2-5 geworden en was het wachten op de uitslag aan bord 5 waar Léon met wit en Filip Borst (1999) elkaar te lijf gingen. Wit rokeerde lang en zwart kort. Wit zette de aanval in met h4 en g4. Filip offerde een T tegen een hele serie pionnen. Het bleek allemaal theorie te zijn, waarbij Léon tot zet 11 en Filip tot zet 19 op bekend terrein waren. Wellicht was er op dat moment nog van alles mogelijk. Voor mij was er de hele partij geen touw aan vast te knopen en dat gold kennelijk voor meerderen. Het zag er allemaal verschrikkelijk gevaarlijk uit en eerst leek zwart de overhand te hebben en later wit. Ten slotte resteerde een theoretisch remise eindspel dat pas remise werd gegeven toen ook de laatste pionnen van het bord waren verdwenen. Dat bracht de eindstand op 2,5-5,5. Met dank aan onze supporters: Harry, Jaap, Eduard en Ton(?). Na deze overwinning smaakte het eten in de Rustburcht weer prima.